Voor aanvang van de Spelen kondigde het IOC aan dat de helft van alle deelnemers een dopingtest zou ondergaan. Vanaf de start van de Olympiade tot het einde van de Paralympics namen honderdvijftig wetenschappers 6.250 stalen af. Iedere medaillewinnaar werd getest. Het Olympisch anti-doping-labo voerde dagelijks vierhonderd controles uit op meer dan tweehonderdveertig verboden producten.
Geruchten circuleerden dat een nieuw product de ronde deed. Het schildklierhormoon Thyroid stond wel nog niet op de dopinglijst van het WADA, maar het schadelijk en risicovol product werd wel massaal gebruikt door bodybuilders.
Iedereen was benieuwd hoeveel positieve resultaten er uit de bus zouden vallen, nu het IOC de afgenomen stalen in diepvriezers bewaarde om ze later met nieuwere en verbeterde methodes te kunnen testen.
De Spelen liepen naar hun einde toen er in 'The Journal of Asthma' een artikel verscheen, waarin Anni Aaviko vaststelde dat het gebruik van astmamedicatie enorm gestegen was bij Finse atleten. In 2009 hadden 372 atleten een vragenlijst ingevuld en die antwoorden werden vergeleken met een gelijkaardige enquete uit 2002. De inname van 9,4% in 2002 was in 2009 gestegen tot 12,6%. De onderzoekster van het Finse Paavo Nurmi Centre concludeerde dat dit een zorgwekkende trend was die geenzins samenhing met een verhoging van symptomen, diagnoses of longfunctiemetingen. Zij vroeg andere landen om een gelijkaardig onderzoek te doen om de aanbevelingen van de WADA-regels te kunnen aanpassen.
In maart beweerde de fervente doping-bestrijder Bengt Saltin (1935-2014) dat de controles op de Spelen van Londen een verspilling van middelen zouden zijn. Verder stelde de Zweedse Professor fysiologie dat bloeddoping nog jaren kon gedijen met de bestaande opsporingsmogelijkheden en dat de belofte van het IOC, dat de Spelen van Londen ‘de schoonste ooit’ zouden worden, effenaf flauwe kul was.
In april raakten onderzoeksresultaten bekend van Declan Naughton, Professor Biomoleculaire Wetenschappen aan de London Kingston University, waaruit bleek dat het drinken van een tas groene of witte thee de concentratie testosteron in de urine met 30% verlaagt en dat thee dus als maskeermiddel gebruikt kan worden. De wetenschapper lichtte meteen het WADA in, waarop medisch directeur Olivier Rabin aankondigde dat de lijst waarfschijnlijk moest aangepast worden.
Net voor de Spelen bekende de Chinese teamarts Xue Yinxian (1938-) aan de Sydney Morning Herald, dat haar landgenoten in de jaren '80 en '90 in zowat alle sporten doping gebruikten. De Chinese Olympiërs werden aan een door de staat gesponsord dopingbeleid onderworpen, dat gestoeld was op het Oost-Europese model. Als onderdeel van een ‘wetenschappelijke opleiding’ gebruikte men steroïden en menselijke groeihormonen, zodat China zich tot de grootste sportieve natie kon ontplooien. Atleten wisten vaak niet wat men hen injecteerde en het medisch personeel dat weigerde deel te nemen aan deze praktijk, werd gemarginaliseerd. Xue Yinxian voegde er meteen aan toe dat de middelen niet werden gebruikt voor de Spelen van 2012. In 2017 herhaalde ze haar aantijgingen tijdens een interview met de Duitse TV-zender ARD. Inmiddels was ze haar land ontvlucht en onthulde ze dat meer dan 10.000 jonge atleten uit het voetbal, atletiek, zwemmen, volleybal, basketbal, tafeltennis, badminton, duiken, turnen en gewichtheffen vanaf hun elfde verplicht in het dopingsysteem werden opgenomen. Ze ondergingen uitvoerige testen, zodat ze niet konden betrapt worden tijdens de competities. Wie clean was kreeg het codewoord: ‘Oma is thuis’ mee. Naar eigen zeggen werd Yinxian op een zijspoor gezet, nadat ze op de Spelen van 1988 in Seoel doping weigerde te geven aan een jonge gymnast. Ze werd afgezet als teamarts van het Chinese turnteam en haar zonen raakten hun job kwijt.
Gepakt voor aanvang
In juli kondigde WADA President John Fahey (1945-2020) aan dat liefst 107 atleten wegens doping voor de Spelen werden geweigerd.
“Ik ben verheugd dat ze er niet bij zijn, atleten die zich doperen moeten weten dat hun kans om niet ontdekt te worden de kleinste is ooit.”
Atletiek
In aanloop van de Spelen schorste de Internationale Atletiekfederatie IAAF negen atleten.
"Dit onderstreept ons nooit aflatend gevecht tegen doping," verklaarde voorzitter Lamine Diack (1933-2021), "we doen er werkelijk alles aan om valsspelers te vinden."
Na een hernieuwde analyse van de stalen van het WK 2011, werden drie atleten op doping betrapt. Zes andere geschorsten hadden afwijkende waarden in hun biologisch paspoort.
De Oekraïnse Nataliya Tobias (1980-), vier jaar voordien op de Spelen van Beijing nog goed voor het brons op de 1.500 meter, en haar landgenote, de 400m-loopster Antonina Yefremova (1981-) hadden aan de testosteron gezeten.
De Bulgaarse sprintster Inna Eftimova (1988-) testte positief op het groeihormoon hCG. De drie kregen twee jaar schorsing.
Ook de Marokkaanse lange afstandsloper Abderrahim Goumri (1976-2013), de Griekse steeple specialiste Irini Kokkinariou (1981-), de Turkse lange-afstandsloper Meryem Erdogan (1990-), snelwandelaarster Nailya Yulamanova (1980-) uit Rusland en haar landgenoten de 800m-loopsters Svetlana Klyuka (1978-) en Yevgeniya Zinuriva (1982-) werden wegens afwijkende waarden in hun bloedpaspoort uitgesloten van de Spelen. Erdogan en het Russische trio werden twee jaar geschorst. Kokkinariou en Goumri moesten vier jaar naar de kant. Goumri stierf in 2013 bij een auto-ongeval.
De IAAF bevestigde dat ook Mariem Selsouli (1984-), de Marokkaanse medaillekandidate op de 1.500 meter, begin juli positief had getest op het diureticum furomiside. Het leverde haar een schorsing van acht jaar op omdat ze in 2009 ook al eens voor drie jaar naar de kant moest voor EPO-gebruik.
De Italiaan Alex Schwazer (1984-) mocht zijn titel 50km snelwandelen van vier jaar voordien niet verdedigen toen bleek dat hij net voor de Spelen positief had getest op EPO. Dat gebeurde tijdens een onaangekondigde dopingcontrole op trainingskamp in Oberstdorf. In september 2014 kloeg de officier van justitie van Bolzano Schwazer, twee artsen en een ambtenaar van de atletiekvereniging FIDA aan. Eind 2014 sloot Schwazer een akkoord met het Italiaanse gerecht, hij kreeg acht maanden voorwaardelijk en een boete van 6.000 euro. In februari 2015 werd zijn schorsing verlengd met drie maanden, omdat hij dopingcontroles ontlopen had. Kort na het einde van zijn schorsing werd Schwazer op het gebruik van anabolica betrapt, waarop het Internationaal Sporthof hem acht jaar schorste. Begin 2018 veroordeelde een rechtbank in Bolzano de Italiaanse artsen Pierluigi Fiorella en Giuseppe Fischetto die eerder voor Fidal gewerkt hadden, tot twee jaar gevangenisstraf voor hun steun bij de manipulaties van Schwazer. Ook de toenmalige vriendin van Schwazer, de Italiaanse kunstschaatster Carolina Kostner (1987-) werd zestien maanden geschorst, omdat zij hem een dopingtest hielp ontduiken.
Bij de start van de Olympische marathon ontbrak Mathew Kisorio (1989-). Na de 10.000m van zijn nationale kampioenschappen was de Keniaan op het gebruik van anabolica betrapt en daarvoor twee jaar geschorst. In de ARD-dokumentaire 'Geständnis: Kenias Topläufer Kisorio redet über Doping' van de Duitse journalist en dopingexpert Hajo Seppelt (1963-) deed Kisorio uit de doeken dat doping in Kenia schering en inslag was en dat artsen het land afreisden om de atleten van de nodige hoeveelheden te voorzien.
Op 6 augustus maakte het Moldavisch Olympisch Comité bekend dat het twee vrouwelijke atleten had geschorst wegens doping. Daardoor mocht Zalina Marghieva (1988-) haar deelname aan het hamerslingeren vergeten en Natalia Artyk haar optreden in het discusnummer. Marghieva kreeg vier jaar.
De Jamaïcaanse Debbie Dunn (1978-) vroeg de Amerikaanse nationaliteit aan toen ze aan de Norfolk State University ging studeren. In 2010 won ze de 400m op het WK indoor in Doha en een tweede keer goud met de Amerikaanse estafetteploeg 4 x 400m. In juli 2012 werd ze echter op het gebruik van steroïden betrapt waardoor ze moest thuisblijven van de Spelen en twee jaar schorsing kreeg.
In april 2012 verbeterde Diego Palomeque (1993-) het Columbiaanse record van de 400m, waarmee hij ook de limiet voor de Olympische Spelen haalde. In Londen testte hij echter positief op testosteron net voor de start van de 400m, waardoor hij mocht inpakken.
Semoy Hackett (1988-) zou de 100, 200 en 4 x 100m lopen voor Trinidad-Tobago, maar werd in juni op het gebruik van methylhexaminin betrapt. In 2001 was ze al eens zes maanden geschorst na de aflossingswedstrijd op het WK en in november 2012 testte ze opnieuw positief, waarvoor ze twee jaar en vier maanden geschorst werd.
De Griekse Cyprioot Dimítrios Chondrokoúkis (1988-) won de gouden medaille in het hoogspringen tijdens het WK indoor in Istanbul, maar werd de dag voor aanvang van de Spelen uit het team geweerd omdat hij betrapt werd op het gebruik van stanozolol. Ook hij moest twee jaar naar de kant.
Omdat hij een dopingtest geweigerd had, was ook de Hongaarse discuswerper Zoltán Kovágó (1979-) niet welkom in Londen. Bovendien moest hij de bronzen medaille inleveren die hij tijdens het EK gewonnen had.
Twee dagen voor de openingsceremonie leverde de Hongaarse discuswerper Róbert Fazekas (1975-) een positieve test af op stanazolol waardoor hij niet mocht aantreden. Aanvankelijk kreeg hij acht jaar schorsing, omdat hij ook in 2004 betrokken was bij een dopingschandaal in Athene. Het Hongaars Anti-Doping Commité oordeelde echter dat Fazekas de steroïde dit keer niet bewust had genomen en verminderde zijn schorsing naar zes jaar. Blijkbaar zat het product in het voedingssupplement van een Canadees bedrijf. Fazekas sleurde het bedrijf voor het Gerecht en zijn schorsing werd nogmaals verminderd tot drie jaar.
Na de meeting in Monte Carlo vond men furomeside in de urine van de Marokkaan Amine Laâlou (1982-). Dat product om doping te maskeren kostte hem zijn Olympsiche deelname en hij werd twee jaar geschorst. In april 2016 testte hij positief op EPO waardoor hij acht jaar naar de kant mocht.
De Algerijnse Zahra Bouras (1987-) mocht haar Afrikaanse 800m-titel van het jaar voordien niet verdedigen toen ze tijdens een meeting in het Franse Montreuil positief testte op stanozolol. Ze kreeg twee jaar schorsing en kon dus ook niet aantreden op de Olympische Spelen. Ze diende klacht in tegen onbekenden omdat die haar zouden vergiftigd hebben.
Tijdens de nationale titelstrijd in juni werd de Franse kampioen 3.000m steeple Nour-Edinne Gezzar (1980-) betrapt op het gebruik van EPO. In 2006 was hij al eens twee jaar geschorst, na positieve tests op nandrolone en finasteride. De Franse atletiekbond schoof hem tien jaar aan de kant, waartegen Gezzar in beroep ging, maar bot ving en de Spelen mocht vergeten.
De Wit-Rus Ivan Tsichan (1976-) was al naar Londen afgereisd, maar moest onverricht terzake terugkeren naar zijn heimat. Bij het hertesten van 105 stalen van de Olympische Spelen van 2004, waar hij zilver won in het hamerslingeren, bleek dat Tsichan aan de verboden middelen had gezeten. Om die reden werd hem de toegang tot het stadion verboden en moest hij het zilver van 2004 inleveren.
100- en 200m sprintster Tameka Williams (1989-) uit St-Kitts en Nevis mocht meteen haar koffers pakken toen ze nog voor de start van de competitie een positieve test afleverde. Ze had zichzelf 'Blast Off Red' ingespoten, een prestatiebevorderend product uit de paardensport.
Na haar winst in de marathon van Hamburg werd de Keniaanse Rael Kiyara (1984-) betrapt op het gebruik van nandrolon, waarvoor ze twee jaar geschorst werd en dus niet naar de Spelen kon.
De Jamaicaanse atlete Dominique Blake (1987-) testte tijdens de kwalificatiewedstrijden voor de Olympische Spelen positief op methylhexanamine. Voor de tweede keer al, want in 2006 testte de 400m-specialiste positief op efedrine en daarom moest ze nu zes jaar naar de kant.
Gewichtheffen
De Turkse gewichtheffers Fatih Baydar (1983-) en Ibrahim Arat (1988-) kwalificeerden zich voor de Olympische spelen, maar moesten thuis blijven nadat zij op trainingskamp positief hadden getest op hydroxystanozolol. Zij werden ook twee jaar geschorst.
Voor aanvang van de competitie testte de Albanees Hysen Pulaku (1993-) positief op stanozolol en daardoor mocht hij zijn ambities opbergen. Na zijn schorsing vloog hij opnieuw tegen de lamp tijdens het WK van 2014 en dat leverde hem acht jaar toekijken op.
Turnen
De Oezbeekse turnster Luiza Galiulina (1992-) testte tijdens een training net voor aanvang van de competitie positief op furosemide en mocht meteen opkrassen.
Wielrennen
De Russische baanrenster Viktoria Baranowa (1990-), die in Londen zou deelnemen aan het Keirin-nummer, testte net voor afreis positief op testosteron en mocht haar koffers terug uitpakken.
Zwemmen
In maart testtet de Chinese Li Zhesi (1995-) positief op EPO bij een dopingcontrole buiten competitie, waarvoor ze twee jaar geschorst werd en uit het Chinese team vloog.
In maart kreeg de Tsjechische vlinderslagspecialist Michal Rubácek (1986-) twee jaar schorsing na een positieve dopingtest op methylhexamine tijdens het nationale kampioenschap. Daardoor miste hij in Londen zijn derde Olympische deelname.
Tijdens de Olympische trials in Rio de Janeiro kwalificeerde de Braziliaan Glauber Silva (1986-) zich voor de 100m vlinderslag van de Olympische Spelen, maar na afloop testte hij positief en werd hij twee jaar geschorst waardoor hij dus niet naar de Spelen kon.
Tijdens de Spelen
Op de Spelen zelf duurde het droevige liedje verder. Na drie dagen waren al 1.706 van de voorziene 5.000 dopingtests afgenomen.
Atletiek
De Spanjaard Ángel Mullera (1984-) stond ingeschreven voor de 3.000m steeple, maar mocht van zijn Olympische Comité niet starten toen emails uitlekten waarin hij met zijn coach over het gebruik van EPO overlegde. Mullera ging tegen de beslissing in beroep, waarop het CAS het Spaanse Olympische Comité het bevel gaf om hem in Londen toch te laten starten. De Spanjaard raakte echter niet door de kwalificaties. In september 2013 testte hij positief op corticosteroïden na zijn zege op de 3.000m steeple tijdens het Spaanse kampioenschap, in 2015 kreeg hij daarvoor twee jaar schorsing.
Na zijn uitschakeling in de reeksen van de 5.000m bleek dat de Fransman Hassan Hirt (1980-) voordien EPO had gebruikt op trainingkamp. Huiswaarts en door de eigen federatie met onmiddellijke ingang twee jaar geschorst.
De Syrische Ghfran Almouhamad (1989-) eindigde als laatste in haar reeks van de 400m horden maar werd wel op het gebruik van methylexaneamine betrapt, waarvoor ze zes maanden geschorst werd.
Karin Melis Mey (1983-), een Turkse van Zuidafrikaanse origine, kwalificeerde zich voor de finale van het verspringen, maar moest ophoepelen toen bekend raakte dat ze tijdens het EK van enkele maanden voordien een positieve test had afgeleverd op testosteron. Later kreeg ze ook nog eens twee jaar schorsing.
De klap op de vuurpijl kwam op de slotdag toen de Russische kogelstootster Nadseya Astaptschuk (1980-) haar gouden medaille moest inleveren omdat ze tweemaal positief had getest op metenolone. Haar trainer Alexander Yefimov bekende na de Spelen dat hij metenolone had gemengd in haar eten, omdat hij niet tevreden was over de matige prestaties van zijn pupil. Hij werd vier jaar aan de kant geschoven. Toen ook de stalen van het WK van 2005 en die van de Olympische Spelen van 2008 hertest werden bleek dat ze zich toen ook al gedopeerd was, waardoor ze de gewonnen titels moest inleveren en er vier jaar schorsing bovenop kreeg.
De Russische Darya Pishtschalnikowa (1985-) won zilver in het discuswerpen. In oktober 2008 werd ze samen met zeven andere Russische atletes twee jaar geschorst voor het manipuleren van haar stalen. Na de podiumceremonie raakte nu bekend dat een test van mei 2012 uitwees het gebruik van de anabole steroïde oxandrolon aangaf. In mei 2013 veroordeelde de Russische federatie haar tot tien jaar schorsing en werden al haar resultaten van 2012 nietig verklaard, inclusief de zilveren medaille van de Spelen.
Judo
In de achtste finale schakelde Nick Delpopolo (1989-) de Belg Dirk Van Tichelt (1984-) uit, maar na de kamp werd de Amerikaan op het gebruik van cannabis betrapt en huiswaarts gestuurd.
Moderne vijfkamp
Dennis Cerkovskis (1978-) vertegenwoordigde Letland in de moderne vijfkamp, maar toen bleek dat hij het jaar voordien anabole steroïden had gebruikt werd hij twee jaar geschorst en uit de Olympische uitslag geschrapt.
Roeien
De Braziliaanse Kissya Cataldo da Costa (1982-) plaatste zich voor de C-finale van het skiffnummer. Toen uitkwam dat ze tijdens haar voorbereidingsstage positief had getest op EPO verscheen ze niet meer aan de start en werd ze twee jaar geschorst. In de voorbereiding van de Olympische Spelen van 2016 in Rio de Janeiro testte ze opnieuw positief, dit keer op het maskeermiddel furosemide. Het leverde haar vier jaar toekijken op.
Worstelen
In het worstelen vrije stijl won Soslan Tigiev (1983-) uit Oezbekistan de bronzen medaille in de categorie tot 74kg, maar de test nadien wees uit dat hij methylhexanamine had gebruikt, waardoor hij het kleinood moest inleveren. Bovendien toonde het hertesten van de stalen uit 2008 aan dat hij zich tijdens de Olympiade in Beijing eveneens gedopeerd had, en daarom moest hij de toen gewonnen zilveren medaille inleveren.
Medaillewinnaars met een dopingverleden
Enkele medaillewinnaars van Londen waren in het verleden bij positieve dopingonderzoeken betrokken. Wielrenner Alexander Vinokourov (1973-) uit Kazakhstan won de wegrit, de Russische Tatyana Lysenko (1983-) won het hamerslingeren, de Turkse Asli Çakir Alptekin (1985-) was de beste over 1.500m en de Croatische Sandra Perkoviç (1990-) in het discuswerpen.
De Amerikaan Justin Gatlin (1982-) haalde brons op de 100m en de Jamaïcaan Yohan Blake (1989-) zilver op de 100 en 200m en met de estafetteploeg 4 x 100m veroverde hij goud.
Paralympics
Doping met EPO, anabole steroïden, cortisone of zelfs cannabis werd tijdens de Zomerspelen probleemloos opgespoord, maar bij aanvang van de Paralympics gaf de Canadese bergbeklimmer en dwarslaesie patiënt Brad Zdanivsky (1977-) een opzienbarend en hallucinant interview over het gebruik van 'natuurlijke doping’ bij atleten met een dwarslaesie. In werkelijkheid omschrijft men die methodes beter als foltering. Het doel ervan is om de bloeddruk te verhogen, de zogenaamde boosting. Personen met ruggenmergletsels hebben vaak een lage bloeddruk, bij lichamelijk gezonde mensen verhoogt de bloeddruk en de hartslag automatisch tijdens een lichamelijke inspanning, bij personen met een dwarslaesie gebeurt dat meestal niet. Door die verhoogde bloeddruk krijgt men meer kracht. Bij boosting tracht men de bloeddruk te verhogen door irritatie van het ruggenmerg en dat op de meest barbaarse wijze. Een van de methodes is bijvoorbeeld om lange tijd niet naar WC te gaan, waardoor de blaas pijnlijk gevuld blijft. Sommige atleten binden zelfs de katheder af, die wegens incontinentie in hun blaas steekt. Maar het meest hallucinante zijn elektrische schokken op benen en genitaliën. En nog schokkender de incidenten waarbij atleten hun tenen met een hamer verpletteren. Boosting is allesbehalve onschadelijk, het kan leiden tot orgaanschade, beroerte of hartaanval. Maar het effect ervan zou enorm zijn. In 1994 verscheen een studie waarbij acht rolstoelatleten hun chrono op de 7,5 kilometer met bijna 10% verbeterden na het toebrengen van verwondingen. Om deze redenen werd tijdens de dopingcontroles op de Paralympics ook de bloeddruk gemeten. Wie hoger scoorde dan 180 mmHg kreeg startverbod.
Maar tijdens de Paralympics werd ook duchtig geslikt en gespoten.
De Braziliaanse gewichtheffer Bruno Pinheiro Carra (1989-) werd als eerste betrapt. Wegens het gebruik van het diureticum Hydrochlorothiazide kreeg hij negen maanden aan zijn broek en een boete van 710 Dollar .
Tijdens de Paralympics werd voor het eerst ook op het menselijk groeihormoon hgH getest. Meteen raak voor de Russische gewichtheffers Vadim Rakitin (1976-) en Nikolai Marfin (1979-). Nog voor de start van het tornooi leverden beiden een positieve plas af.
Ook de Georgische powerlifter Shota Omarashvili (1981-) had aan de verboden snoepjes gezeten, maar veel had dat niet geholpen. Tijdens de competitie kreeg hij het gewicht namelijk niet een keer in de lucht.
Ook de Australiër Peter Martin (1962-) werd geklist, hij had aan de Probenicide gezeten. Martin sprokkelde vier gouden medailles tijdens de voorgaande Olympiades, in 1996, 2000 en 2004 was hij de beste kogelstoter bij atleten met een dwarslaesie en daaraan voegde hij in 2004 ook goud toe in het speerwerpen. Op de Spelen van 1996 werd zijn oogst uitgebreid met zilver in het speerwerpen, op de Spelen van 2000 met brons in de vijfkamp en in 2004 hetzelfde eremetaal in het discuswerpen.
Na de Spelen
Op 5 december 2012 vroeg het IOC aan zijn labo om 105 stalen van de Olympische Spelen van 2004 opnieuw te onderzoeken. Hierbij vlogen vier toenmalige medaillewinnaars tegen de lamp, hun succes hadden ze te danken aan het gebruik van steroïden.
Bij de mannen moest de Oekraïner Yuriy Bilonoh (1974-) het goud van het kogelstoten inleveren wegens een positieve test op oxandrolon, met twee jaar schorsing bovenop.
Bij de vrouwen verloren de Wit-Russische discuswerpster Iryna Yatchenko (1965-) en de Russische kogelstootster Svetlana Krivelyova (1969-) hun bronzen plak.
Tijdens de documentaire van doping-journalist Hajo Seppelt (1963-) op de Duitse TV-zender ARD bekende de Russische Mariya Savinova (1985-) in december 2014 dat ze oxandrolon had gebruikt. Het WADA onderzocht die bekentenis en in november 2015 sprak het een levenslange schorsing uit, waarop het IOC de teruggave eiste van de gouden medaille op de 800m. De Russin ging hiertegen in beroep maar het Court for Arbitration of Sport (CAS) ging niet in op haar verzoek. Het schorste Savinova in februari vier jaar met terugwerkende kracht voor de periode van 2010 tot 2013, waardoor ze de gouden medailles van het EK in 2010, van het WK in 2011 en van de Olympiade van 2012 moest inleveren. Ook het zilver van het WK uit 2013 moest ze inleveren.
In diezelfde uitzending op ARD bekende landgenote en bronzen medaille winnares Yekaterina Poistogova (1991-) dat zij eveneens oxandrolon maar ook EPO had gebruikt. In 2017 kreeg ze vier jaar schorsing maar in 2018 meldde het IOC dat zij zilver kreeg in plaats van brons, omdat Mariya Savinova (1985-) uit de erelijsten van 2012 geschrapt werd.
Iwan Zichan (1976-), de Wit-Russische winnaar van het zilver in het hamerslingeren, raakte voor de tweede keer een medaille kwijt. Hij had het olympisch brons van 2008 ook al moeten inleveren wegens gebruik van testosteron.
Onregelmatigheden in bloedpaspoort
Bij heel wat deelnemers bleek nadien ook het bloedpaspoort niet meer te kloppen, het leverde hen schorsingen op van twee tot vier jaar. We sommen het lijstje op:
Atletiek
800m
Rusland: Elena Arzhakova (1989-).
Turkije: gouden medaille Gamze Bulut (1992-)
1.500m
Qatar: Hamza Driouch (1994-).
Rusland: Yekaterina Kostetskaya (1986-).
Saudi Arabië: Mohammed Shaween (1986-).
Turkije: gouden medaille Aslr Çakir Alptekin (1985-). Omdat ze in 2004 al was bestraft voor gebruik van metenolon, kreeg ze nu acht jaar schorsing
Ukraïne: Anna Mishchenko (1983-) en Anzhelika Shevchenko (1987-).
Wit-Rusland: Natallia Kareiva (1985-).
3.000m steeple
Spanje: gouden medaille Marta Domínguez (1975-). In december 2010 werd ze door de Spaanse politie aangehouden in het kader van de derde grote anti-doping actie Galgo.
Turkije: Binnaz Uslu (1985-). Omdat ze in 2007 al eens gepakt werd bij een onaangekondigde controle op trainingkamp, kreeg ze nu levenslang samen met haar coach Yahya Sevüktekin.
Ukraïne: Svitlana Shmidt (1990-).
5.000m
Rusland: Yelizaveta Grechishnikova (1983-).
Saudi Arabië: Hussain Al-hamdah (1983-).
Snelwandelen
Rusland: Sergey Bakulin (1986-), Olga Kaniskina (1985-), Sergey Kirdyapkin (1980-), Andrey Krivov (1985-), Igor Yerokhin (1985-) en Valeriy Borchin (1986-). Yerokhin werd in 2008 al eens betrapt op het gebruik van EPO en daarom kreeg hij nu levenslang. Borchin vloog wegens het gebruik van efedrine in 2005 al eens tegen de lamp. Hij kreeg nu acht jaar schorsing aangesmeerd, maar had de spikes inmiddels al aan de haak gehangen.
Turkije: Semiha Mutlu (1987-).
Marathon
China: Wang Jiali (1986-). Toen ze in 2018 een tweede keer door de mand viel moest ze acht jaar aan de kant blijven.
Columbia: Yolanda Caballero (1982-).
Marokko: Abderrahime Bouramdane (1978-).
Rusland: Liliya Shobukhova (1977-). Eind 2014 verklaarde ze in de ARD-documentaire 'Geheimsache Doping' van Hajo Seppelt (1963-) dat haar bloedwaarden al in 2012 bekend waren bij de Russische Federatie en dat ze de start op de Olympische Spelen in Londen had afgekocht met 450.000 euro.
Turkije: Bahar Dogan (1974-) en Ümmü Kiraz (1982-).
Ukraïne: Tetyana Hamera-Shmyrko (1983-).
Hertesten
Bij het hertesten van de ingevroren stalen in 2016 en 2017 groeide het aantal gedopeerden enorm en de volgende atleten werden dan ook uit de uitslag van de Spelen van 2012 geschrapt.
Atletiek
110m horden
Turkije: Nevin Yanit (1986-).
1.500m
Rusland: Yekaterina Sharmina (1986-).
3.000m steeple
Rusland: gouden medaille Yuliya Zaripova (1986-).
4 x 400m
Rusland: zilveren medaille winnaars Antonina Krivoshapka (1987-) en Yuliya Gushchina (1983-) bij de vrouwen, bronzen medaille Maksim Dyldin (1987-) en Denis Alekseyev (1987-) bij de mannen. Dyldin kreeg nadien nog eens vier jaar extra omdat ze een test weigerde.
Turkije: Meiliz Redif (1989-) en Pinar Saka (1985-),
Discuswerpen
Rusland: Vera Ganeeva (1988)
Hamerslingeren
Ukraïne: Aleksandr Dryhol (1966-).
Rusland: gouden medaille Tatyana Lysenko (1983-), Kirill Ikonnikov (1984-), Mariya Bespalova (1986-) en Gulfiya Khanafeyeva (1982-). Voor Lysenko was het al de derde overtreding en dat betekende levenslang naar de kant. Bespalova testte in 2015 positief voor dehydrochlormethyltestosteron, wat haar vier supplementaire jaren opleverde. Voor Khanafeyeva was het na 2002 en 2008 de derde positieve test en het WADA schorste haar daarvoor acht jaar.
Wit-Rusland: Pavel Kryvitski (1984-) en Aksana Miankova (1982-), goud op de Spelen van 2008.
Kogelstoten
Rusland: zilveren medaille Yevgeniya Kolodko (1990-).
Wit-Rusland: Bronzen medaille Andrej Michnevitsj (1976-). Zijn eerste schorsing kreeg hij na het WK van 2001, toen moest hij twee jaar uitzitten. Op het WK van 2005 testte hij positief op clenbuterol, metandienon en oxandrolon, zodat hij nu levenslang verbannen werd.
Speerwerpen
Ukraïne: zilveren medaille Oleksandr Pyatnytsya (1985-).
Verspringen
Rusland: Anna Nazarova-Klyashtornaya (1986-).
Ukraïne: Margaryta Tverdokhlib (1991-).
Wit-Rusland: Nastassia Mironchyk-Ivanova (1989-).
Hink-stap-springen
Rusland: Viktoriya Valyukevich (1982-)
Polstokspringen
Rusland: Dmitry Starodubtsev (1986-).
Ukraïne: Maksym Mazuryk (1983-).
Zevenkamp
Rusland: bronzen medaille Tatyana Chernova (1988-).
Ukraïne: Lyudmyla Yosypenko (1984-)
Boksen
Turkije: Adem Kiliççi (1986-)
Gewichtheffen
Armenië: bronzen medaille Hripsime Khurshudyan (1987-) en Norayr Vardanyan (1987-). Vardanyan had in 2009 al eens zes maanden gekregen na een positieve test tijdens de Panamerikaanse Spelen in Chicago.
Azerbaijan: Boyanka Kostova (1993-) en Intigam Zairov (1985-).
Georgië: Rauli Tsirekidze (1987-).
Kazakhstan: gouden medaille winnaars Ilya Ilyin (1988-), Svetlana Podobedova (1986-) en Zulfiya Chinshanlo (1993-), zilveren medaille winnaars Maiya Maneza (1985-) en Almas Uteshov (1988-). Ilyin had zich zowel in 2008 als 2012 gedopeerd en moest beide Olympische medailles inleveren. Podobedova had in 2006 al eens positief getest toen ze nog voor Rusland uitkwam.
Moldavië: bronzen medaille Cristina Iovu (1992-) en zilveren medaille Anatolie Cîrîcu (1988-). Iovu testte opnieuw positief op oxandrolon tijdens de Universiade van 2013. Ciricu haalde in 2009 zilver op het WK voor junioren maar testte na afloop positief en op het EK van 2015 veroverde hij brons maar toen had hij zich ook van verboden producten bediend. Hij kreeg acht jaar schorsing aangesmeerd.
Rusland: Andrey Demanov (1985-) en Khadzhimurat Akkaev (1985-), bronzen medaillewinnaar Natalya Zabolotnaya (1985-), en de zilveren medaillewinnaars Svetlana Tsarukayeva (1987-), Aleksandr Ivanov (1989-) en Apti Aukhadov (1992-) .
Turkije: bronzen medaille Sibel Simsek (1984-).
Ukraïne: bronzen medaille Yuliya Kalina (1988-).
Wit-Rusland: de bronzen medaille winnaars Iryna Kulesha (1986-), Maryna Shkermankova (1990-), Dzina Sazanavets (1990-) en Yauheni Zharnasek (1987-),
Wielrennen
De Sloveense mountainbikster Blaža Klemencic (1980-).
De Russische baanrenster Ekaterina Gnidenko (1992-).
Worstelen
Rusland: zilveren medaille Besik Kudukhov (1986-2013)
Zwemmen
Ukraïne: 'open water'-zwemster Olga Beresnyeva (1985-).
Hertesten van de stalen in 2019
Ook bij het hertesten van 2019 vlogen heel wat deelnemers van de Olympische Spelen uit 2012 tegen de lamp.
Atletiek
100m horden
Rusland: Yekaterina Galitskaya (1987-) en Yuliya Kondakova (1981-).
800m
Wit Rusland: Anis Ananenka (1985-).
4 x 400m
Rusland: zilveren medaillewinnaar Tatyana Firova (1982-).
Hamerslingeren
Wit Rusland: Alena Matoshka (1982-).
Hink-stap-springen
Rusland: Lyukman Adams (1988-).
Hoogspringen
Rusland: gouden medaillewinnaar Ivan Ukhov (1986-) en bronzen medaillewinnaar Svetlana Shkolina (1986-).
Verspringen
Letland: Ineta Radevica (1981-).
Gewichtheffen
Armenië: Mel Daluzyan (1988-).
Oekraïne: gouden medaillewinnaar Oleksiy Torokhtiy (1986-)..
Oezbekistan: Ruslan Nurudinov (1991-).
Roemenië: Florin Croitoru (1993-).
Wit-Rusland: Mikalai Novikau (1986-).
Kano
Litouwen: zilveren medaillewinnaar Jevgenij Shuklin (1985-).
Worstelen
Azerbeidzjan: bronzen medaillewinnaar Valentin Hristov (1994-).
Georgië: zilveren medaillewinnaar Davit Modzmanashvili (1986-).
Oezbekistan: gouden medaillewinnaar Artur Taymazov (1979-).