Doping in de sport - 500vC-1vC

480 v.C.

Na het nuttigen van een op geitenvlees gebaseerd dieet won de Griekse atleet Dromeus van Stymphalos twee keer de 4,8 km lange Dolichos wedstrijd op Olympia, twee keer die van Delphi, drie keer in Isthmia en vijf keer in Nemea. Na zijn gewonnen marathon op de Olympische Spelen van 480 v.C. begonnen ook de Griekse verspringers geitenvlees te schrokken om verder te kunnen springen. In die tijd bestond de dagelijkse kost voornamelijk uit brood, groenten, kaas en wat vijgen. Deze doping 'avant la lettre' kreeg navolging en spoedig had iedere sporttak een eigen, favoriete vleessoort, zoals bijvoorbeeld stierenvlees voor kogelstoters en varkensvlees voor vuistvechters.

450 v.C.

Om de productie van testosteron te verhogen gebruikten worstelaars uit Kreta de Tribulus Terrestris, een plant uit het Middelandse zeegebied. De plant was vooral bekend als afrodisiacum.

400 v.C.

Meer informatie over ‘doping’ uit die periode is moeilijk terug te vinden, omdat de priesters hun kennis over dat onderwerp goed verborgen hielden. Een en ander had niet alleen te maken met het leveren van prestaties, maar via de sport konden atleten een sociale status bereiken die waarschijnlijk hoger lag dan die van de huidige atleten. Er was een massale belangstelling voor de wedstrijden en de winnaars kregen fenomenale prijzen. Uit geschriften van de Griekse fylosoof Plato (427-347 v.C.) leren we dat een overwinning op Olympische spelen zo’n half miljoen hedendaagse dollar opleverde, aangevuld met andere beloningen zoals voedsel, huizen, belastingsvrijstellingen en zelfs uitstel van legerdienst. Dit professionalisme leidde onvermijdelijk tot corruptie. Omkoping en bedrog werden gemeengoed, de atleten waren tot alles bereid en slikten iedere bereiding die hun prestatie kon verhogen.

Romeinse periode

Hoe leuk ze ook mogen zijn, maar strikt gezien zijn de stripfiguren Obelix en Asterix typevoorbeelden van dopinggebruik. Telkens hij de Romeinen moest bekampen dronk Asterix een door Panoramix gebrouwen drankje dat hem superieure krachten gaf. Zijn kompaan kreeg het goedje niet, omdat hij als baby in de ketel met het wondermiddel gevallen was.

Tijdens wagenrennen in Rome mengden de deelnemers drugs in het paardenvoer zodat die sneller konden lopen. Hydromel, een alcoholische drank op basis van honing, werd ook courant gebruikt.

Om hun vermoeidheid en blessures te overwinnen gebruikten ook de gladiatoren in het Romeinse Colosseum niet gespecificeerde stimulantia, zodat de gevechten krachtiger en bloederiger zouden overkomen bij de 60.000 toeschouwers. Een van de geliefkoosde cocktails was een mix van alcohol met stimulantia, liefst strychnine.


rdsm