Sportarts-Sporter 1937

1937

Op de Olympische Spelen van 1968 in Mexico en die van 1972 in München won Jeno Kamuti (1937-) de zilveren medaille in het degenschermen. In totaal werd hij vijf keer voor de Olympische Spelen geselecteerd. In 1957 was hij met de Hongaarse ploeg ook wereldkampioen geworden in Parijs. Zelf haalde hij zilver op het WK van 1961 in Turijn en op dat van 1967 in Montreal. In 1963 studeerde hij af en specialiseerde hij zich in Neurochirurgie waarna hij een praktijk startte in het Semmelweis Hospital van Boedapest. Daarna werd hij hoofdchirurg bij de Hongaarse Spoorwegen.

De Canadees Joseph MacInnis (1937-) dook als eerste onder de Noordpool door. Hij hield het Canadese record 200m schoolslag maar kon zich niet plaatsen voor de Olympische Spelen van 1956 in Melbourne. Hij studeerde af aan de University of Toronto en door zijn hobby diepzeeduiken was hij bijzonder in duikgeneeskunde geïnteresseerd. Dank zij die interesse werd hij als full-time arts aangeworven voor het Man-in-Sea project van de Amerikaanse ondernemer Edwin Link (1901-1984), die o.a. de vluchtsimulator uitvond. MacInnis volgde de opleiding duikgeneeskunde bij Christian Lambertsen (1917-2011), die als arts actief was bij de Navy en die de SCUBA uitvond. In 1964 werd MacInnis tot medisch directeur van de Man-In-Sea benoemd en het jaar nadien tot medisch directeur van de nieuwe firma Ocean Systems Inc die Edwin Link had opgericht om onderzoek te doen onder de zeespiegel. In 1969 vroeg de Navy hem als medisch consulent voor het Sealab III project. Nadat hij dat jaar de Canadese premier Pierre Trudeau (1919-2000) voor het eerst ontmoette, waarmee hij de jaren nadien vijftig keer ging duiken, vroeg die hem om het eerste Canadese oceaanproject uit de grond te stampen. MacInnis startte tien onderzoeksexpedities voor het ontwikkelen van werktechnieken onder de Noordelijke IJszee en stichtte in Canada de 'James Allister MacInnis Foundation for underwater research and education'. Zijn verdere carrière stond in het teken van onderzoek en ontwikkeling van nieuwe duiktechnieken en hij maakte heel wat onderwaterfilms.

De Nederlander Frank Moerman (1937-) was op de Olympische Spelen van 1960 in Rome de vierde roeier in de vier met stuurman. Nadat hij aan de Universiteit van Leiden zijn diploma had behaald, vestigde hij zich als huisarts in Rotterdam.

Op de Olympische Winterpelen van 1956 in Cortina d’Ampezzo en die van 1964 in Innsbruck vertegenwoordigde Charles Snelling (1937-) Canada in het kunstschaatsen. Hij werd zes keer Canadees kampioen en zijn beste internationaal resultaat was het brons op het WK van 1957 in Colorado Springs. In 1962 studeerde hij af aan de University of Toronto en specialiseerde hij zich in de Plastische Chirurgie met bijzondere interesse voor brandwonden. Hij startte een praktijk in Vancouver.

Ron Taylor (1937-) speelde elf seizoenen als pitcher bij achtereenvolgens Cleveland Indians, St.Louis Cardinals, Houston Astros, New York Mets en San Diego Padres in de Amerikaanse baseballcompetitie. In 1964 won hij met St. Louis de World Series en in 1969 deed hij dat over met de New York Mets. Hij studeerde af als arts, specialiseerde zich in Sportgeneeskunde en werd clubarts bij het baseballteam Toronto Blue Jays.

Op de Olympische Spelen van 1968 in Mexico eindigde de Amerikaan Tom Waddell (1937-1987) als zesde in de tienkamp. In 1972 kwetste hij zich aan de knie bij het hoogspringen, wat het vroegtijdige einde betekende van zijn sportcarrière. In 1965 was hij afgestudeerd als arts aan het New Jersey College of Medicine en het jaar nadien werd hij preventie-arts in het Amerikaans leger. Na zijn legerdienst deed hij onderzoek naar virussen in het Walter Reed Army Medical Centre van Washington DC. Hij verhuisde naar San Francisco waar hij een huisartspraktijk opstartte. Maar het reizen zat hem in het bloed en van 1974 tot 1981 werd hij medisch directeur van de Whittaker Corporation in het Midden-Oosten. Een deel van zijn job hield ook in dat hij lijfarts werd van een Saudische prins en een Saudische zakenman en uiteindelijk werd hij zelfs teamarts van de Olympische selectie van Saudi Arabië tijdens de Olympiade van 1976 in Montréal. In 1985 kreeg Waddell te horen dat hij aids had. De jaren voordien had hij zich al geout als homosexueel en in 1986 organiseerde hij de tweede Gay Games, waaraan hij zelf deelnam in het speerwerpen. In juli 1987 op 47-jarige leeftijd overleed hij aan de gevolgen van aids, zijn strijd tegen deze ziekte was het onderwerp van de documentaire 'Common Threads: Stories from the Quilt'. Samen met landgenoot Dick Schaap (1934-2001) schreef hij ook zijn autobiografie 'Gay Olympian'.


rdsm