1967
Op de Olympische Spelen van 1992 in Barcelona zwom Kevin Draxinger (1967-) de 200m rugslag en was hij tevens kapitein van de Canadese zwemploeg. Op de Commonwealth Games van 1990 won hij brons in dat nummer, op de editie van 1994 veroverde hij zilver en in de finale van het WK van 1991 eindigde zesde. Hij studeerde af aan de University of British Columbia van Vancouver, specialiseerde zich in Orthopedische Heelkunde aan de McGill University van Montreal en de Johns Hopkins University van Baltimore en legde zich toe op rugschirurgie. Hij startte zijn praktijk in het Family Health Center van Burchard Hills.
Tijdens de Olympische Spelen van 2004 in Athene won de Duitse rolstoelatleet Robert Figl (1967-) goud op de 1.500m. Vier jaar voordien in Sydney was hij in dat nummer derde geëindigd en won hij ook brons met de estafetteploeg 4 x 400m. Twaalf jaar eerder had hij in Seoel de 100m gewonnen. Na zijn studies Geneeskunde koos hij voor een opleiding Dermatologie en na die specialisatie vestigde hij zich in Karlsruhe.
Hans Gstöttner (1967-) werd door de DDR uitgezonden naar de Olympische Spelen van 1988 in Seoel waar hij in het worstelen vrije stijl achtste werd bij de middelgewichten. Vier jaar later in Barcelona vertegenwoordigde hij het herenigd Duitsland en toen viel hij met zijn vierde plaats nipt naast het podium. Op het EK van 1988 in Manchester en dat van 1991 in Stuttgart won hij zilver en in 1990 veroverde hij de Europese titel in het Poolse Posen. In 1994 haalde hij brons op zowel het EK in Rome als op het WK in Istanbul. Nadat hij zijn studies Geneeskunde voltooide specialiseerde hij zich in Dermatologie en ging hij enkele jaren bij de Deutsche Bundeswehr werken, waarna hij zich in Halle vestigde als dermatoloog.
Noor Holsboer (1967-) werd driemaal voor de Olympische Spelen geselecteerd. Met het Nederlands hockeyteam won ze brons op de Spelen van 1988 in Seoel en die van 1996 in Atlanta. In 1992 eindigden de Nederlanders op de zesde plaats in Barcelona. De speelster van HGC Wassenaar werd 139 keer opgeroepen voor het nationaal team. In 2004 kreeg ze een ernstig hoofdletsel, het gevolg van een bal tegen het hoofd. Daarom ontwikkelde ze samen met haar broer een helm uit carbon en glasvezel die het voorhoofd en de slapen beschermde. Nadat ze in Leiden afstudeerde als arts ging ze voor de Nederlandse transplantatiestichting werken, waar zij verantwoordelijk was voor het proces van weefseldonatie tot transplantatie.
Op de Olympische Spelen van 1992 in Barcelona maakte de Nederlandse roeister Anita Meiland (1967-) deel uit van de dubbel vier, die in de finale vierde eindigde. Op het WK van 1995 in het Finse Tampere haalde ze met dat viertal brons. Nadat ze afstudeerde aan de Universiteit van Amsterdam vestigde ze zich samen met haar collega roeier Jorrit van Lennep als huisarts in de Nederlandse hoofdstad.
De Fransman Serge Simon ()1967-) speelde in de Franse hoogste rugbyreeks als linker prop achtereenvolgens voor RC Vincennes, RRC Nice, CA Bègles-Bordeaux, AS Mérignac en Stade français Paris, alvorens hij in 1999 voor een seizoen naar het Engelse Gloucester RFC verhuisde. Met CA Bègles-Bordeaux kroonde hij zich in 1991 tot Frans kampioen, met Stade français Paris in 1998. In 1991 werd hij ook twee keer opgeroepen voor het nationale team. In 1992 kroonde hij zich met de Universitaire ploeg tot wereldkampioen. Nadat hij afstudeerde vestigde zhij zich als huisarts-sportarts, maar als vice-president van de bond en ploegarts van het nationale team bleef hij met het rugby verbonden.
De Amerikaanse Debi Thomas (1967-) kroonde zich in 1986 tot wereldkampioene kunstschaatsen. In die discipline haalde ze in 1988 zowel op de Olympische Winterspelen in Calgary als op het WK in Boedapest de bronzen medaille. Daarmee was ze de eerste zwarte atlete die een medaille kon winnen in het kunstschaatsen. Daarna stopte ze haar sportieve carrière en ging ze studeren. In 1991 behaalde ze haar ingenieursdiploma aan de Stanford University en in 1997 studeerde ze af als arts aan de Northwestern University Feinberg School of Medicine. Daarna specialiseerde ze zich in de Orthopedische Heelkunde met speciale interesse voor knie- en heupprothesen. Haar eigenzinnig karakter zorgde ervoor dat ze nooit lang in dezelfde kliniek bleef werken. Ze huwde ook drie keer en in 2012 werd bij haar een bipolaire stoornis gediagnosticeerd. In 2015 leefde ze in een caravan in het Apalachengebergte met haar zwaar aan alcohol verslaafde derde man. Door twee echtscheidingen zat ze financieel aan de grond en keek ze aan tegen een put van 600.000 USD. Uit pure noodzaak verkocht ze toen voor 2.200 USD haar Olympische bronzen medaille. Bovendien verloor ze zowel het hoederecht over haar zoon als haar medische licentie.
Tijdens de Olympische Winterspelen van 1992 in Albertville schaatste de Nederlandse shorttrackster Simone Velzeboer (1967-) de 500 en de 3.000m. Vier jaar voordien werd ze ook al geselecteerd voor de Winterspelen van Calgary, maar daar was short track nog een demonstratiesport. Door een val in de halve finale belandde ze toen met een gebroken wervel in het ziekenhuis. Op het WK van 1992 won ze zilver met de Nederlandse aflossingsploeg. Nadat ze afstudeerde aan de Universiteit van Leiden specialiseerde ze zich in Pediatrie en ging ze in het St.-Anna-ziekenhuis van Geldrop werken.
Tijdens de Olympische Spelen van 1992 in Barcelona en die van 1998 in Atlanta won Bengt Zikarsky (1967-) brons met het Duitse kwartet 4 x 100m vrije slag. In 1989 had hij met dat viertal in Bonn ook al het EK gewonnen, in 1993 haalden ze brons en in 1991 veroverden ze de Europese titel 4 x 50m vrije slag. Datzelfde jaar tijdens het WK in Perth haalde het viertal zilver op de 4 x 100m vrije slag. Omdat hij zich vrij negatief had uitgelaten over bondsvoorzitter Klaus Henter (1937-) kieperde men hem in 1996 uit de nationale ploeg, waarop hij zijn sportieve loopbaan beëindigde. Hij studeerde af als arts, specialiseerde zich in Mond- en Kaakchirurgie en startte een praktijk in Nürnberg